.Artikelen over rekenonderwijs
   
Het tijdschrift Volgens Bartjens publiceerde in het 5e nummer van de 43e jaar-gang (2024)
ook een artikel van mij over rekendidactiek. Onder de titel Herkennen van samenhang en verbanden ga ik daar in op de vraag 'Hoe zorg je ervoor dat op je school alle kinderen zich kunnen ontwikkelen tot flexibele en effectieve rekenaars?'
Dat onderwerp is nog steeds actueel, doordat de overal gebruikte rekenmethoden dit principe nog steeds niet als uitgangspunt hebben genomen.


=+=-=+=

Vorm volgt functie                                                             

In de praktijk van het primair onderwijs is het probleem vaak, dat als je kinderen in de lerende stand wilt krijgen en houden, allerlei tradities en beschikbare materialen in strijd zijn met het principe ‘vorm volgt functie’. Ik merk op veel scholen dat die manier van kijken behoorlijk wennen is, doordat de onderwijs-gevenden meestal zo niet zijn opgeleid en ook eerdere praktijk-ervaringen vaak niet daarop blijken te zijn gebaseerd.

Dat vraagt niet alleen het je eigen maken van nieuwe routines, maar vooral ook met andere ogen kijken naar wat het nut is van wat je kinderen laat doen en welke vormen daar wel en niet bij passen. Dit laatste is dan met name gericht op het verwerven van een daarmee verbonden langetermijneffect.

Een activiteit als ‘dobbel je verhaal’ kan wel leiden tot verrassende combinaties, al zijn de elementen niet zo origineel.  Belangrijker punt vind ik het feit dat het dan niet zo duidelijk is, wat straks met dat verhaal gedaan moet (kunnen) worden. Moeten ze dat aan elkaar voorlezen, moet er een groepsboek van gemaakt worden, moet het in de poppenkast gespeeld kunnen worden, moet het aan de kleuters op school verteld kunnen worden, of misschien juist aan kinderen die nieuw zijn in Nederland (en nog geen ervaring met Sinterklaas hebben)?

Juist zo’n doel geeft kinderen de ruimte om het te laten aansluiten bij hun eigen voorkeuren of juist bij een inzet waarmee ze nog geen ervaring hebben, maar die hen wel uitdaagt. 

Bovendien is het de vraag of elke leerling die ideeën nodig heeft om creatief en fantasievol aan het werk te kunnen gaan. Je zou het ook als check-list kunnen laten gebruiken, waarmee zij hun eigen idee kunnen vergelijken, om te zien of er daaraan nog een dimensie kan worden toegevoegd.

Het zogenaamde ‘loopdictee’ roept bij mij meer vragen op. De belangrijkste reden is, dat het beheersen van spelling betekent dat je op basis van de klanken van woorden, de juiste letters kunt kiezen. Dit betekent dat oefeningen altijd alleen gebaseerd moeten zijn op het klankpatroon, want dat is de manier waarop ze het vervolgens moeten kunnen toepassen.

Woorden visueel inprenten, ook al moet je dat dan nog even onthouden tot je weer op je plaats zit, is hiermee in strijd.

Bovendien moeten ze op het gehoor kunnen herkennen welke categorieën in elk woord de letterkeuze bepalen. Het ging om vier categorieën, maar sommige kwamen samen met een ander in hetzelfde woord voor. Als ze dan die categorie moeten invullen in een vakje dat maar bij één categorie hoort, bevordert dat niet die alertheid op de herkenning van aandachtspunten, die zo’n oefening juist zou moeten bevorderen.

Overigens was dit het type woorden dat in serie 2 van de inheemse niet-klankzuivere woorden voorkomt, juist vanwege die combinaties…


Hoewel ik aanvankelijk vooral de lessen over spelling en taal zou komen observeren, vielen me ook wat punten op bij de rekenactiviteiten, want ook daarmee houd ik me bezig…

Als het goed is, zijn de kinderen zich bewust geworden, dat optellen en aftrekken een combinatie vormen. Dat inzicht is dan gebaseerd op hun eerdere ervaringen thuis, buiten en in speelsituaties.  Op basis daarvan hebben ze die systematiek daarachter verder onderzocht met concreet materiaal en via de beelden van betekenisvolle situaties in hun omgeving. Zo hebben ze die optel- en aftrek-situaties naar elkaar verwoordt en ook in somvormen genoteerd. Op basis hiervan zijn ze deze optellingen en aftrekkingen tot tien gaan automatiseren. Dit betekent vlot en handig uitrekenen, zonder te tellen, maar wel door al bekende sommen te benutten en te combineren. Dit automatiseren is altijd een vorm van gericht oefenen. Het gevolg is dat ze dit alleen kunnen doen met alleen die sommetjes die ze nog niet vlot kunnen uitrekenen. Als dat wel vlot lukt, dan volgt al de fase van het memoriseren tot tien. Dan moeten ze direct het derde getal kunnen noemen in een som. 

Belangrijk is dan wel dat ze die vier sommen bewust en correct aan elkaar knopen, want daardoor gebruiken ze daarin dan steeds dezelfde getallen:

                                       3+4=7, 4+3=7, 7-4=3 en 7-3=4. 

Juist door ze uit te dagen tot het ontdekken van die samenhang, en die door hen zelf te laten verwoorden, waardoor ze die samenhang dan zo  benadrukken. Door dat dan ook zelf te benutten, slijpen die combinaties vlotter in. Hierdoor gaan ze die samenhang steeds beter herkennen. Dit is dan niet zo vreemd, want het bijbehorende beeld is bij allevier gelijk, alleen de volgorde waarin je daarnaar kijkt, verschilt dan en daardoor verschilt ook de volgorde bij het verwoorden ervan. Optellen en aftrekken met dezelfde hoeveelheden zijn immers elkaars spiegelbeeld: 5+4=9 en 9-4=5.     

Als het tot tien is gelukt, volgt de uitbreiding tot twintig. Ook dan gaat het weer eerst om het automatiseren van de manier van uitrekenen. Als dat is gelukt, kan het verder memoriseren volgen.

Op basis van deze voorkennis volgen dan de sommen tot honderd, waarin ook weer het optellen en aftrekken samen genomen wordt. Deze sommen vragen om alleen automatiseren, dus om vlot en handig uitrekenen. Het herkennen van overeenkomsten met die sommen tot twintig helpt daar heel veel bij.  37 + 45 = 37 + 40 + 5. 

Dit blijkt daarom ook de voorkennis, die nodig is om met vermenigvuldigen en delen te kunnen beginnen. Het fijne is dan, dat kinderen dit weer in twee- of drietallen mondeling kunnen oefenen en daarbij zelf de sommen bedenken die nog oefening vragen.

Door dit, nadat een som is opgeschreven, verder mondeling te doen, kan het maatje meeluisteren naar de manier van uitrekenen en daarna eventueel een alternatieve route melden. 

Die sommen moeten niet steeds een lege plek na de = hebben. Ook een lege plek op een van de andere twee plaatsen is net zo nuttig. Ook hierbij is het aan te bevelen dat ze de andere drie sommen met dezelfde getallen dan ook daarbij noemen. Deze aanpak geldt ook voor vermenigvuldigen en delen. Eerst moeten ze wel door krijgen dat dit type bewerkingen manieren van aanpak zijn voor lange optellingen of aftrekkingen. Het is dus niet iets geheel nieuws: 4+4+4+4+4+4+4+4= 8 x 4 en 32-4-4-4-4-4-4-4-4= 32 : 8. Het vloeit bij beide bewerkingen voort uit optellen en aftrekken en daardoor zijn vermenigvuldigen en delen ook elkaars spiegelbeeld.

Daarom is het ook hierbij nodig beide bewerkingen gelijk aan de orde stellen en steeds in combinatie laten oefenen. Juist die samenhang helpt om grip te krijgen op zo’n aanpak en die relatie tussen beide bewerkingen te herkennen en te benutten.

De ‘tafels’ bied je niet compleet aan, maar je laat hen die zelf op een handige manier maken, in een lege tabel. Na de vermenigvuldigtabel van 2 op een handige manier te hebben ingevuld, doen ze dat meteen daarna ook met de deeltabel van 2 daarnaast.

Vervolgens vullen ze deze sommen ook in op een van de lege tabellen van 3 t/m 10, maar dan natuurlijk in omgekeerde vorm, want 3x2=6, en dat past als 2x3=6 in de tabel van 3.

Als alle tabellen zijn gevuld, kan het verder automatiseren beginnen. Daarbij moeten ze dan  steeds ook gebruik maken van die samenhang met de sommen met dezelfde getallen, maar dan in een andere volgorde. Daarbij moeten ze dan wel goed opletten of die wel over dezelfde hoeveelheden gaan, want dat hangt niet alleen samen met de bij de start gebruikte getallen, maar ook met de daarop toegepaste  bewerkingen…

Voorbeeld: 8 x 12 = 96 en 96 : 8 = 12. Daardoor weet je dan ook 12 x 8 = 96 en 96 : 12 = 8.

Maar als je er 96 – 12 = 84 van maakt, dan gaat dat toch over een heel ander soort bewerking. Daardoor komt er een heel ander derde getal bij. Met die combinatie zijn dan ook weer vier sommen te maken, maar dan gaat het natuurlijk weer over de samenhang tussen optellen en aftrekken.
Hierdoor ontdekken kinderen niet alleen dat er steeds zo’n samenhang is, maar gaan ze ook herkennen, waardoor je steeds vier bewerkingen kunt vinden, die met dezelfde drie getallen gemaakt kunnen worden.  

Deze benaderingen van de noodzakelijke leerprocessen, zorgen er dan voor dat elke leerling die enerzijds moet kunnen laten aansluiten bij de al aanwezige eigen voorkennis, en anderzijds moet richten op de toepassing buiten die oefenmomenten en zeker ook buiten de lessen van dat vak.

Die benadering biedt de leerlingen niet alleen het perspectief op het nut van dat oefenen, maar vooral ook ervaringen met het toepassen en verder uitbreiden van de mogelijkheden daartoe. Dat kan dan bij activiteiten binnen aspecten van wereldoriëntatie, maar ook bij allerlei ervaringen en activiteiten buiten het schoolverband.

Dit is tenslotte de reden dat onderwijs bij kinderen kennis, vaardigheden en inzichten moet laten ontwikkelen, die voortbouwen op de al aanwezige voorkennis, vaardigheden en inzichten. Dit zorgt er ook voor dat ze daarmee zowel hun echte mogelijkheden, als hun voorkeuren daarbij kunnen vergroten en versterken… Daarom is het belangrijk dat kinderen met een of twee maatjes, die op datzelfde punt gekomen zijn, mondeling kunnen overleggen en bespreken wat kenmerken zijn en wat mogelijkheden voor het toepassen zijn en dat dan samen uitproberen en bespreken.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Ook rekenonderwijs moet
aan elke leerling recht doen


Dit is de ondertitel van de 2e editie van het boek
dat ik schreef over rekendidactiek, De eerste editie verscheen in 2017 onder de titel Rekenonderwijs kan anders. Die titel heb ik weer gebruikt, omdat dit helaas nog steeds de boodschap is, als je ervaart hoe op veel scholen klassikaal wordt gewerkt met een rekenmethode.
 
Deze nieuwe versie heb ik inmiddels af. Het boek is nu in deze versie te bestellen (en daarmee is de 1e editie vervallen).

___________________________________________________


Nog een nieuw boek over onderwijs...


Recent is het boek 'Onderwijs als ambacht' verschenen. Hierin hebben '201 vakmensen' een bijdrage geleverd. Ik was ook een van hen, want ik had een paar jaar eerder een stukje geschreven onder de titel 'Vorm volgt functie', wat ook hiernaast als tegeltjes-wijsheid staat afgebeeld... 

Het boek is samengesteld door Jasper Rijpma en Henk Sissing, in samenwerking met onderwijscollega's die ooit de titel 'leraar van het jaar' hebben gekregen. Zij hebben daarvoor gebruik gemaakt van vier jaargangen van de Bildung scheurkalender, waarin ik en 1399 anderen een bijdrage over onderwijs hadden staan en waaruit zij dus 200 teksten hebben geselecteerd.
Het eerste tekstje in het boek is zelfs van koning Willem-Alexander, vandaar die aanduiding '201 vakmensen', want de woorden van zijn tekst zijn niet in een kalender verschenen...
____________________________________________________

Webinars op komst

Ook in de schooljaren 2023-2024 en 2024-2025 zullen door de Wij-leren-academie diverse webinars worden aangeboden. Deze bestaan uit een presentatie van ca. 45 minuten, gevolgd een kwartier de mogelijkheid tot interactie tussen presentator en deelnemers.


Daarna bestaat de mogelijkheid met de presentator op de locatie van de deelnemers een vervolg te plannen.


Ik heb ook drie webinars voorbereid: spelling, grammatica en rekenen. Als je dat wat lijkt, moet je maar eens kijken op deze website:
https://wij-leren.online/webinars

Panama-conferenties

Jaarlijks vindt aan het eind van het schooljaar de Panama-conferentie plaats. Die gaat altijd over ons reken-wiskundeonderwijs, want die worden georganiseerd door de NVORWO. Op 2 juni 2023 heb ik ook ik daar weer eens een werkgroep begeleid over het thema Elke leerling moet door de inhoud en vorm van het rekenonderwijs actief kunnen leren.

De Panamaconferentie in 2025 is op donderdag 22 mei en vrijdag 23 mei in
Woudschoten, het hotel en conferentiecentrum in Zeist.

Het thema is dan vooral dat we gaan zien dat rekenen-wiskunde altijd en overal is. Rekenen-wiskunde in de werkelijkheid, rekenen-wiskunde in andere leergebieden, betekenisvol rekenen-wiskunde en zo zijn er nog veel meer doelen waaruit blijkt dat rekenen-wiskunde met de tijd meegaat. Hoe kunnen we dan nog deze samengestelde vaardigheid ontwarren, zichtbaar maken en ook bij de kinderen analyseren? Kunnen we dat meenemen om het nut en noodzaak van gecijferdheid en basisvaardigheden te laten zien? Maar er is natuurlijk ook tijd voor de kleine grote vraagstukken, als het leren klokkijken, passende referentiematen en de geschiedenis.


Dit thema beschouw ik nog steeds als de kern van de noodzakelijke innovatie van het (primair) onderwijs. Het draait daarin niet alleen om het recht doen aan de vele verschillen tussen leerlingen, maar ook om de actieve rol die zij allemaal kunnen hebben bij hun leerprocessen, o.a. doordat die dan kunnen voortbouwen op hun voorkennis. Daarbij is het doel van die processen de toepassing van die ontwikkelde inzichten, kennis en vaardigheden, zowel binnen als buiten dat vakgebied. Het doel is dus niet het kunnen invullen van antwoordjes op een toets. Ook is het allemaal tegelijk precies dezelfde taken moeten maken geen oefenvorm die past bij al die persoonlijke leerprocessen... Mijn publicaties gaan op die aanpak steeds dieper in, want dat beschouw ik als een kern van mijn rol... 

Weer een nieuwe e-learning-cursus

Mijn digitale cursus rekendidactiek is er nu ook...


Bij de Lerarenacademie kun je een groot aantal e-learning-cursussen vinden. Zelf heb ik hiervoor ook een paar van die cursussen ontwikkeld: een cursus over mijn spellingdidactiek Op zoek naar letters, een tweedelige cursus over uitdagend en activerend taalonderwijs en een cursus rekendidactiek die aansluit bij ieders leerproces.
Deze laatste cursus is nu ook, net als de andere, gereed om te gaan gebruiken. Wie op die door mij ontwikkelde didactieken anders wil studeren, dan door mijn boek over dat vakgebied te lezen, moet maar eens contact zoeken met de uitgever van deze e-learning-cursussen: www.e-learning-wizard.nl
Als je als school inschrijft, dan kun je een voucher krijgen, waarmee je mij voor een studiebijeenkomst met het team gratis kunt inhuren...
Let wel op als je het aanbod van e-learning wizard bekijkt, want lang niet alle cursussen, die je daar tegenkomt, sluiten qua aanpak aan bij de door mij uitgedragen visie!

De tijd loopt door...

Toen dat nieuwe kalenderjaar weer gewoon was begonnen, merkten we dat ook 2024 al snel een heel van-zelfsprekend jaartal was.

Allerlei berichten gingen toen zelfs al over 2025 en zelfs al over 2030, 2040 en 2050...

De seizoenen gaan ook gewoon verder: we zaten bij die jaarwisseling nog volop in de winter, en het voorjaar was nog niet zo zichtbaar buiten de bloemenwinkels. 
Dit biedt de kinderen volop kansen om samen te bedenken wat er over een paar maanden in tuinen en parken te zien zal zijn, als signaal dat het voorjaar gaat beginnen of al is begonnen.  Hen dan samen laten bespreken of opzoeken waaraan dat is te zien, zijn dan weer zinvolle impulsen. Dat geldt niet alleen voor die aandacht voor de natuur, maar ook voor de woordenschat die daarbij hoort en de kenmerken die iets zeggen over oorzaken en gevolgen.
Ook in de volgende seizoenen biedt dat prima kansen om de natuur te observeren en zo op zoek te gaan naar planten en dieren die horen bij de kenmerken van dat seizoen...
De schooltuin, voor zover beschikbaar, is ook een prima plek om de seizoenen zichtbaar te laten worden. Ook daar kunnen kinderen een veel actievere rol vervullen, dan door het beantwoorden van gesloten vragen bij lesjes uit een methode....

Waar ik al wat eerder mee bezig was, volgt nu...

Kerndoelen

In de week voor Kerst '22 nam ik, als lid van het begeleidersnetwerk rekenen-wiskunde, deel aan een online-raadpleging. Het ging over de uitgangspunten bij de actualisatie van de huidige kerndoelen voor rekenen-wiskunde in het po en de onderbouw van het vo.
Een week eerder nam ik ook deel aan zo'n raadpleging over de uitgangspunten voor actualisatie van de kerndoelen bij het vakgebied taal.
Hopelijk gaat het door die ontwikkeling van de kerndoelen meer vanzelfsprekend zijn dat kinderen niet meer klassikaal op hetzelfde moment dezelfde oefenopgaven moeten maken.
Als die verandering lukt, zal dit ook moeten betekenen dat het door summatieve evaluatie vergelijken van leerlingen, op basis van een klassikaal gemiddelde, ook verleden tijd wordt...
Dat is dan heel wat meer dan een andere formulering van doelen, want dit zou een cultuurverandering tot gevolg hebben! Laten we hopen dat dit inderdaad gaat lukken...

Van 31 augustus t/m 3 september '22 vond de jaarlijkse conferentie van de European Council for High Ability ditmaal in het World Forum in Den Haag plaats.
Op 1 en 2 september was daarin een Nederlandstalig programma, georganiseerd onder de titel Samen elk talent versterken.

Op 2 september heb ik daarin ook een workshop verzorgd onder de titel Signaleren en waarderen van verschillen.

ECHA-conferentie

Panama-conferenties bestaan al langer...

Op 20 en 21 januari 2022 zou de alweer 40e Panama-rekenonderwijs-conferentie worden gehouden. Vanwege de coronamaatregelen is de conferentie toen verzet naar 30 juni en 1 juli, maar wel weer in conferentiecentrum Woudschoten in Zeist.
Die naam 'Panama' was oorspronkelijk een afkorting: PA(BO) NAscholing Mathematische Activiteiten. Tegenwoordig is het niet meer alleen voor pabo-docenten. Ook wie werken in het po of het po ondersteunen, zijn van harte welkom.
Als jubileumthema was gekozen voor de vraag: wat leren we van de afgelopen jaren voor de ontwikkeling van nu naar de toekomst?
Ik heb daar op 1 juli ook weer een werkgroep verzorgd, ditmaal onder de titel "Niet de antwoorden, maar het leerproces".

SLO-conferentie doelen en curriculum

Op 1 juni '22 organiseerde de SLO een conferentie over doelen en curriculumontwikkeling in het perspectief van talent-ontwikkeling.
Ik heb daar 's middags twee workshops verzorgd over de rol en het gebruik van doelen in het po.

Daltonnascholers en -opleiders (DNO)

Op 23 en 24 juni '22 kwamen de leden van DNO bij elkaar om het begrip 'taak' nog eens goed met elkaar te bespreken. Het is een belangrijk kenmerk van daltononderwijs, als vertaling van de term 'assignment', die Helen Parkhurst gebruikte.
Het lastige van die Nederlandse vertaling is echter die andere betekenis, die in het onderwijs ook vaak gebruikt wordt: de taak als opdracht van de leraar en dan meestal een identieke opdracht voor iedereen in de groep, ontleend aan een van de gebruikte klassikale of digitale methoden. Die invulling wordt dan vaak opgevat als iets dat vooral op tijd af moet zijn. Dat is beslist niet wat Parkhurst bedoelde en daarom moeten wij de teams van daltonscholen zo ondersteunen, dat ze het invulling geven aan dat begrip 'taak' echt op de daltonmanier doen. Dat vraagt best de nodige inspanning, al was het maar om allerlei vertrouwde praktijken af te leren... Daarvoor moeten ook de leraren en andere betrokkenen zelf ook steeds weer in die lerende stand en dat is ook een invulling van dat begrip 'taak'.
We merkten in de onderlinge uitwisseling en discussies, dat dit echt een kernpunt van onze nascholing en opleiding moet zijn.

Voucher voor een workshop

Scholen, die bij e-learning-wizard een selectie maken uit het aanbod digitale nascholingscursussen, creëren op die manier daarmee een schoolspecifieke 'eigen academie'.
Van mij zijn daar ook een cursus over Op zoek naar letters en twee cursussen over andere aspecten van taalonderwijs beschikbaar. In het schooljaar '22-'23 kwam daar ook een door mij ontwikkelde cursus over rekenonderwijs bij.
Per schooljaar krijgt een deelnemende school een voucher voor een (gratis) studiemiddag op locatie, verzorgd door een van de nascholers die met e-learning wizard verbonden zijn. Ik was een van hen en verzorgde daardoor jaarlijks studiebijeenkomsten over een van deze onderwerpen:
- Voorkomen van rekenproblemen.
- Spelling oefen je vanuit de klanken.
- Grammatica draagt bij aan plezier in taal.
- Samenwerkend leren biedt veiligheid en uitdaging.
Voor meer informatie kun je deze website bekijken:
https://e-learningwizard.nl/workshops


Veranderingsprocessen

Vanaf half augustus '21 was ik weer verder gegaan met het ondersteunen van teams bij hun professionalisering en schoolontwikkeling. Dat mocht toen gelukkig weer op locatie.
Ik heb inmiddels weer door het hele land diverse afspraken kunnen invullen met studiebijeenkomsten, lesobservaties en vormen van coaching. Fijn dat dit toen weer kon, want steeds meer teams hebben inmiddels behoefte aan andere manieren om hun onderwijs in te vullen. Recht doen aan de verschillen tussen kinderen en de leerprocessen van hen als uitgangspunt nemen, moet het denken vanuit leerstof-jaarklassen en klassikale methoden dan gaan vervangen.
Dit vergt van teams niet alleen een intensieve inzet op het zich eigen maken van nieuwe routines en andere vanzelfsprekendheden, maar tegelijk ook het afleren van oud gedrag en van het vertrouwde denken vanuit toetsen en klassikale normen.
Gelukkig hebben eerdere ervaringen met dit type processen al geleerd dat de kinderen door die nieuwe benadering ander gedrag gaan vertonen. Ze zijn meer betrokken en gemotiveerd en zijn steeds meer met echt leren bezig i.p.v. met taken maken. Dit blijkt vervolgens weer een stimulans voor de teamleden om deze veranderingen vol te houden. Zulke ervaringen maken het ook gemakkelijker om anders naar die verschillende kinderen te kijken.
Ook in het schooljaar '23-'24 hoopte ik daarmee verder te kunnen gaan, want er stonden al afspraken gepland. Hopelijk breekt er niet weer een volgende pandemie uit...


Op 30 juni 2021 is via zoom een presentatie van mij over mijn spelling-didactiek opgenomen. Ditmaal was dat voor leraren die les geven in het vak Nederlandse taal, maar dit dan wel doen in het buitenland. Zij krijgen dit soort ondersteuning via de NOB.


In veel gevallen geven zij les aan kinderen met een Nederlandse achtergrond, waarvan de ouders in dat land werken. Soms betreft het ook kinderen uit dat land, die graag (ook) Nederlands willen leren.
Op 16 juni 2021 verzorgde ik, voor Leraren van Nu, een bijdrage aan een digitale studiemiddag over de coachende rol van leraren in eigentijds onderwijs. (zie: https://lerarenvannu.nl/programmas/leren-coachen/)


Op 9 april 2021 is de e-learningcursus over mijn spellingdidactiek Op zoek naar letters beschikbaar gekomen.

Deze cursus heb ik gemaakt voor het aanbod van de E-learning Wizard van https://www.lerarenacademie.nl/.
In oktober '21 was daar ook de eerste van twee cursussen over taal-didactiek beschikbaar. De tweede volgde in november '21.


Op 8 en 9 maart 2021 vond de VELON-conferentie plaats. Ditmaal niet op locatie, maar via internet. Samen met de medeauteur Gertjan Boog heb ik op 8 maart geprobeerd een bijdrage te verzorgen naar aanleiding van ons boek Leren kun je observeren. Helaas stelde de gebruikte techniek ons niet in staat om echt met de deelnemers in gesprek te gaan.


De titel van onze bijdrage was 'Zullen we eens gaan doen wat de WPO voorschrijft?' Daarin vroegen we aandacht voor 'het mogelijk maken van een ononderbroken ontwikkeling van alle leerlingen', wat artikel 8 van de WPO voorschrijft.
Dit heeft vergaande consequenties voor de praktijk in het po, en daardoor ook voor de opleiding van leraren voor dat po. Het leek ons ruim 35 jaar na het in werking treden van die wet wel eens tijd worden om daar de lerarenopleiding op af te stemmen...


Eerder was er ook al een online bijeenkomst vanuit de TOO (Taskforce Ontwikkelingsgericht Onderwijs). Het is steeds mooi om te horen dat er allerlei initiatieven lopen om onderwijs anders in te richten en van 0 tot 18 jaar de doorgaande ontwikkeling en eigenheid van kinderen als uitgangs-punt te nemen. Daar kunnen nog veel teams  hun energie in kwijt!


Ook was er toen weer een Jeelo-bijeenkomst, die ook ditmaal via internet verliep. Hierin heb ik aan de hand van vragen een toelichting gegeven op de taalaspecten die in Jeelo zijn opgenomen. Daarbij ging het met name om de vraag wat dit betekent voor de rolverdeling tussen leerling en leraar en de verbinding tussen dat vak en de Jeelo-thema's. Zeker wie gewend was met een taalmethode te werken zal wat gewoontes moeten afleren, doordat het leerproces van elke leerling centraal staat en niet het maken van taken of het invullen van de antwoorden, die de makers al hadden bedacht.


Verder blijf ik natuurlijk beschikbaar voor het scholen en begeleiden van diverse teams op het gebied van het anders invullen van taal- en rekenonderwijs, al dan niet in combinatie met thematisch onderwijs. Gelukkig kan dit nu meestal online, want het bespreken van die andere routines en inhoudelijke invullingen van taal- en rekenonderwijs vraagt op veel momenten om enige interactie. Gelukkig lijkt de behoefte daaraan ook weer te groeien. Het doorbreken van het klassikaal werken en het stoppen met die verdeling van de kinderen over leerstof-jaarklassen is vaak met die behoefte verbonden.
Voor Wij-leren.nl en de E-learning Wizard ontwikkelde ik bijdragen die leraren ondersteunen en scholen rond de vakinhoudelijke onderwerpen waarvoor ik een eigentijdse didactiek heb ontwikkeld.
Ook blijf ik betrokken bij de verdere ontwikkeling van Jeelo, doordat de door mij ontwikkelde spelling- en grammaticadidactiek daarin werden opgenomen en ook de rekendidactiek daarna aan de beurt was.

Ook mijn beide websites bieden veel informatie over die andere didactiek en voorbeelden van de daarbij passende praktijksituaties, zodat je als team op het spoor komt van mogelijkheden voor het aanpassen van de bestaande gewoontes.

powered by

Wiske the cat